Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord castle‐builder

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(building contractor; contractor; master builder)
;
; ;
🔗 By the time the mistake was discovered, the castle had been taken and king Yvar Excelsus captured.
(rook)
🔗 Wells moved a pawn, protecting his castle.

EngelsNederlands
castle‐builder bouwer van luchtkastelen; dromer; fantast
builder aanlegger; aannemer; bouwer; bouwmeester; bouwvakarbeider; bouwvakker
castle burcht; burg; kasteel; rokeren; slot; toren