English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word vainglorious

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(famous); ;
🔗 Since the past was more glorious than the present, what presumption we would show by questioning these laws!
vain
(futile; useless; fruitless; idle; ineffectual; sterile; abortive)
; ; ;
vain
(conceited; frivolous)
vainglory
(pride)
;

EnglishDutch
vainglorious bluffend; grootsprakig; roemzuchtig; snoeverig
glorious glansrijk; glorierijk; glorieus; heerlijk; kostelijk; luisterrijk; prachtig; roemrijk; roemvol; schitterend; stralend
vain ijdel; nutteloos; vergeefs; vruchteloos
vainglory gebluf; grootspraak; pocherij; roemzucht; snoeverij