English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word swallow

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(down); ; ;
🔗 The man who called himself Bors swallowed.
🔗 What… is the air‐speed velocity of an unladen swallow?
(engulf; swallow up)
(absorb); ; ; ;
(sand‐martin)
flight of swallows
een vlucht zwaluwen
swallow up
(engulf; swallow)
; ;
;
🔗 Experiments conducted on the tree swallow, which does not use yarrow, suggest that adding yarrow to nests inhibits the growth of parasites.

EnglishDutch
swallow doorslikken; inslikken; inzwelgen; opslokken; opzij zetten; slik; slikken; slok; slokken; terugnemen; verduwen; verkroppen; verslinden; verzwelgen; zwaluw
a bitter pill to swallow een bittere pil
bank swallow oeverzwaluw
not swallow something zich iets niet laten aanleunen
swallow dive zweefsprong
swallow down doorslikken; opslokken; verslinden
swallow it whole het in zijn geheel inslikken; het zonder meer slikken
swallow something iets voor zoete koek slikken
swallow the wrong way zich verslikken
swallow up verslinden; verzwelgen
swallow whole met huid en haar verslinden
tree swallow Amerikaanse boomzwaluw; boomzwaluw
barnswallow boerenzwaluw
swallowing verzwelging
swallow‐tail rok; rokjas; zwaluwstaart
swallow‐tailed gevorkt; in rokkostuum; met een zwaluwstaart