English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word stimulation

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
stimulation
(abetment)
stimulatie
(excite; incite; provoke; rouse; stir up; arouse; irritate; poke; rile up)
(cheer; fire; inspire)
plifervorigi
(fan; fire; inspire; stir up; urge); ;
plivigligi
(spur; stir up; trigger)
sproni
(rouse; stir up); ; ;
(encourage; energize; enliven; exhilarate; invigorate)

EnglishDutch
stimulation aansporing; aanvuring; aanwakkering; aanzetting; opwekking; prikkel; prikkeling; stimulering
stimulate aansporen; aanvuren; aanwakkeren; aanzetten; animeren; opwekken; prikkelen; stimuleren