English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word slice of bread and butter

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
slice of bread and butter	boterham	buterpano
bread	brood	pano
bread (breadcrumb)	gratineren ; paneren	grateni
bread (money; dough)	poen ; pegels	mono
butter	boter	butero
butter	smeren	buteri
slice (cut; cutting)	moot ; plak ; schijf ; snee ; sneetje	tranĉaĵo
slice (cut)	snijden	tranĉi
slice (cut)	snijden	tranĉi

English	Dutch
slice of bread and butter	⇆ boterham
bread	⇆ brood; ⇆ broodwinning; ⇆ doekoe; ⇆ pegels; ⇆ poen
butter	⇆ besmeren; ⇆ boter; ⇆ boteren; ⇆ roomboter; ⇆ smeren; ⇆ vleierij
slice	⇆ aandeel; ⇆ deel; ⇆ dwarsdoorsnede; ⇆ dwarsdoorsnee; ⇆ effect; ⇆ effectbal; ⇆ fragment; ⇆ in dunne plakjes snijden; ⇆ in sneetjes snijden; ⇆ lap; ⇆ met effect slaan; ⇆ moot; ⇆ partje; ⇆ plak; ⇆ schijf; ⇆ schijfje; ⇆ snee; ⇆ sneetje; ⇆ snijden; ⇆ spatel; ⇆ stuk; ⇆ visschep