English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word shudder

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
horortremi
🔗 He shuddered as he let the pieces fall.

EnglishDutch
shudder beven; griezel; griezelen; gruwen; huiveren; huivering; ijzen; rillen; rilling; sidderen; siddering
it gives me the shudders het doet me rillen; ik ril ervan
shudder at huiveren bij; rillen van
shudder at the thought griezelen bij de gedachte; gruwen bij de gedachte
shudder to think that huiveren bij de gedachte dat
shudder with sidderen van