English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word mould

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
mould (model)	modelleren	modli
mould (cast)	gieten	muldi
mould	gietvorm ; vorm ; mal ; matrijs	muldilo
mould	schimmel	ŝimo
mould (form; shape; configure; fashion; frame)	vormen	formi
moulding	lofwerk	modluro
mouldy (musty)	duf ; muf ; vuns ; vunzig	mucida
mouldy	beschimmeld ; schimmelig	ŝima

English	Dutch
mould	⇆ aarde; ⇆ gieten; ⇆ gietvorm; ⇆ kaam; ⇆ kaamsel; ⇆ kneden; ⇆ mal; ⇆ matrijs; ⇆ modelleren; ⇆ mul; ⇆ schimmel; ⇆ teelaarde; ⇆ vorm; ⇆ vormen; ⇆ vormpje
cast in the same mould	⇆ op dezelfde leest schoeien; ⇆ uit hetzelfde hout gesneden; ⇆ van hetzelfde type
mould upon	⇆ vormen naar
plaster mould	⇆ gipsvorm
vegetable mould	⇆ humus; ⇆ teelaarde; ⇆ tuinaarde
casting‐mould	⇆ gietvorm
cheese‐mould	⇆ kaasvorm
garden‐mould	⇆ teelaarde
iron‐mould	⇆ oude inktvlek; ⇆ roestvlek
leaf‐mould	⇆ bladaarde
mouldable	⇆ vormbaar
mouldboard	⇆ ploegrister; ⇆ rister; ⇆ strijkbord
moulder	⇆ tot stof vergaan; ⇆ verbrokkelen; ⇆ verkruimelen; ⇆ vermolmen; ⇆ vervallen; ⇆ vormer; ⇆ vormgieter
moulding	⇆ afdruk; ⇆ fries; ⇆ lijst; ⇆ lijstwerk; ⇆ vorming; ⇆ vormstuk
mouldy	⇆ afgezaagd; ⇆ beschimmeld; ⇆ kamig; ⇆ miezerig; ⇆ schimmelachtig; ⇆ schimmelig; ⇆ uitgeslagen; ⇆ vergaan; ⇆ vermolmd; ⇆ vermolmend; ⇆ waardeloos
pudding‐mould	⇆ puddingvorm
remould	⇆ omwerken; ⇆ opnieuw gieten; ⇆ vernieuwde band; ⇆ vernieuwen