English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word mobility

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
mobility
mobility scooter
handikapula skotero
immobility
(deadlock; inaction; stagnation; stillness)
; ;
stilstand
;
strakheid
(movable);
(portable; portative);
portebla
(mobile phone)
draagbare telefoon
;
(mobile phone);

EnglishDutch
mobility beweeglijkheid; mobiliteit
mobility scooter scootmobiel
immobility onbeweeglijkheid
mobile beweegbaar; beweeglijk; flexibel; mobiel; mobiele telefoon; mobieltje; rijdend; veranderlijk; verplaatsbaar