English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word insubordination
| English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
insubordination (defiance) | ||
insubordinate (rebellious) | ||
insubordinate (disobedient) | malobea | |
insubordinate (disobedient) |
| English | Dutch |
|---|---|
| insubordination | ⇆ insubordinatie; ⇆ ongehoorzaamheid; ⇆ tuchteloosheid; ⇆ verzet; ⇆ verzet tegen de krijgstucht; ⇆ weerspannigheid |
| insubordinate | ⇆ ongehoorzaam; ⇆ opstandig; ⇆ tuchteloos; ⇆ weerspannig; ⇆ zich tegen de krijgstucht verzettend |
| subordination | ⇆ minderwaardigheid; ⇆ ondergeschiktheid; ⇆ ondergeschiktmaking; ⇆ onderhorigheid; ⇆ onderschikking; ⇆ onderworpenheid; ⇆ uitlokking tot meineed |