English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word deed

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(act; action; move; step);
(action; accomplishment; act; measure);
(act; bill); ;
(document; paper; warrant; certificate); ; ;
misdeed
(outrage)

EnglishDutch
deed akte; bedrijf; daad; document; handeling; oorkonde; overdragen; stuk
deed box <kist waarin documenten worden bewaard>
deed of conveyance akte van overdracht
deed of partnership akte van vennootschap
deed of sale akte van verkoop; verkoopakte
deed stamp aktezegel
heroic deed heldendaad
mortage deed hypotheekakte
purchase deed koopakte
second words with deeds daden laten volgen op woorden
deed‐poll enerzijdse akte
misdeed misdaad; wandaad
title‐deed bewijs van eigendom; bewijsstuk; eigendomsakte; eigendomsbewijs