English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word cons
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(cheat; deceive; delude; fool; mislead; trick; bamboozle; beguile; dupe) | ; ; |
English | Dutch |
---|---|
compare the pros and cons | ⇆ tegen elkaar afwegen |
mod cons | ⇆ moderne gemakken |
the pros and cons | ⇆ de voors en tegens; ⇆ het pro en contra; ⇆ het voor en tegen |
con | ⇆ afzetten; ⇆ besturen; ⇆ leren; ⇆ oplichten; ⇆ sturen; ⇆ tegen; ⇆ van buiten leren |