English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word amusement

Dutch/English
English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(fun; pleasure);
(fun; pleasure);
(entertainment); ;
vermakelijkheid
(spree)
(distraction; diversion; recreation; show; divertissement);
verstrooiing
;
(entertain); ;
(distract; divert; entertain; bemuse);

EnglishDutch
amusement⇆ amusement; ⇆ distractie; ⇆ geamuseerdheid; ⇆ tijdverdrijf; ⇆ vermaak; ⇆ vermakelijkheid; ⇆ vertier
amusement arcade⇆ amusementshal; ⇆ gokhal; ⇆ speelhal
amusement park⇆ lunapark; ⇆ pretpark
amusement tax⇆ vermakelijkheidsbelasting
much to the amusement of⇆ tot groot vermaak van
to the amusement of⇆ tot vermaak van
amuse⇆ amuseren; ⇆ onderhóúden; ⇆ paaien; ⇆ vermaken