English–Afrikaans dictionary

Afrikaans translation of the English word injure

English → Afrikaans
  
EnglishAfrikaans (translated indirectly)Esperanto
(damage; spoil; harm; hurt; impair; mutilate; vitiate; break)
injured
(wounded)
vundita
injurious
(broken; out of order; flawed; imperfect)
injury
(wound; lesion)
;

EnglishAfrikaans
injure aantas; afbreuk doen aan; beledig; benadeel; beskadig; krenk; kwes; kwets; onreg aandoen; seermaak; skaad; wond
injure somebody’s honour iemand in sy eer aantas
injured beledig; beseer; verongelyk
injurious beledigend; krenkend; nadelig; skadelik; verderflik
injury afbreuk; benadeling; besering; knou; kwetsing; kwetsuur; letsel; nadeel; seerplek; skade; verongelyking; wond