Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word walging

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(afkeer; walg; weerzin);
loathing
🔗 Vol walging wierp hij het emmertje van zich af, zodat het met een boog over een heg verdween.
(misselijk zijn)
be nauseated
senti naŭzon
🔗 Ik walg ervan!

DutchEnglish
walging disgust; loathing; nausea