Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vroegtijdig

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(pril; vroeg)
(tijdig; vroeg)
🔗 De volgende morgen is iedereen vroegtijdig wakker.
(vroegtijdig)
🔗 Heer Bommel ging tijdig naar bed die avond.
(bijtijds; op tijd)
at the right time
;
🔗 Ga nu maar, anders zijn we niet tijdig op onze plaatsen.
timely
🔗 Ik weet niet wie u bent, meneer, maar ik dank u voor uw tijdige tussenkomst.
(vroegtijdig)
🔗 In Rommeldam viel de sneeuw vroeg dat jaar.
(pril; vroegtijdig)
🔗 Van het vroege voorjaar tot laat in de herfst ontdekken we op elke wandeling planten die we nog niet kennen of waarvan ons de naam ontschoten is.

DutchEnglish
vroegtijdig at an early hour; before one’s time; betimes; early; premature; prematurely; untimely
tijdig timely; in season; seasonable; in good time; betimes
vroeg early; forward; precocious; rath; rathe; soon; untimely; premature; at an early hour