Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word vliegreis
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
reis | ||
(tocht; toer; trip) | ; ; | |
🔗 Ik hoop dat u een prettige reis hebt gehad. | ||
(keer; maal) | ||
🔗 Na elkaar herhaalde reizen gezondheid te hebben toegewenst en onder belofte van briefwisseling, namen wij afscheid. | ||
🔗 Ja, daarom zijn we hierheen gevlogen. | ||
🔗 Natuurlijk vloog Jim de volgende dag een paar keer laag over haar huis. | ||
🔗 En er vliegt zo’n zwarte vogel boven ons rond. |
Dutch | English |
---|---|
vliegreis | ⇆ air journey |
reis | ⇆ bout; ⇆ journey; ⇆ progress; ⇆ travel; ⇆ trip; ⇆ voyage; ⇆ run; ⇆ tour; ⇆ travelling; ⇆ time |
vliegen | ⇆ aviate; ⇆ aviation; ⇆ cut and run; ⇆ fling; ⇆ flit; ⇆ fly; ⇆ plane; ⇆ race; ⇆ zap; ⇆ speed; ⇆ scoot; ⇆ sweep; ⇆ tear; ⇆ whirl |