Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word verschiet

Dutch	English (translated indirectly)	Esperanto
verschiet	future ; hereafter	estonteco
verschiet (perspectief; vooruitzicht)	perspective ; prospect	perspektivo
verschieten	drop ; fall ; lapse	fali
verschieten (tanen; verbleken)	fade ; turn pale	paliĝi
verschieten (verkleuren)	fade	senkoloriĝi

Dutch	English
verschiet	⇆ distance; ⇆ perspective; ⇆ prospect
in het verschiet	⇆ in the offing; ⇆ ahead
verschieten	⇆ discolour; ⇆ fade; ⇆ shoot; ⇆ use up; ⇆ consume; ⇆ advance; ⇆ stir; ⇆ lose colour; ⇆ turn pale; ⇆ be frightened; ⇆ be surprised