Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word uitgesloten

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Een achtervolging en een mogelijke aanval in de rug waren dus uitgesloten.
(buitensluiten; weren)
exclude
; ; ;
🔗 De politie sluit een misdrijf niet uit.

DutchEnglish
uitgesloten out; out of the question; quite impossible
uitgesloten! no way!; out of the question!
uitsluiten bar; cut out; debar; disable; disbar; disqualify; exclude; foreclose; lock out; ostracize; preclude; rule out of court; rule out; seclude; shut out; wear; dismiss