Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word toetssteen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(baksteen; tichel)
🔗 Reith gooide een steen door de poort.
🔗 Aan de andere kant ervan lag een grote stad van steen waarvan een groot gedeelte was aangetast door de tijd.
🔗 Er is altijd wel een of andere miljonair te vinden die de steen clandestien wil kopen.
🔗 Te oordelen naar het geluid dat het wezen maakte, bestond het nog steeds uit steen, zij het dan levende steen.
🔗 Molly nam haar handen van de toetsen.
(beproeving; proef; test)

DutchEnglish
toetssteen test; test case; touchstone
steen brick; stone
toets assay; check; digital; key; note; push; test; test case; touch; finger‐board