Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word tijdschrijver
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(commies; klerk) | ; | |
; | ||
🔗 U bent de bekende schrijver, nietwaar? | ||
; | ||
🔗 De tijd heelt alle wonden. | ||
(wijle; poos) | ; | |
🔗 Talrijke eilanden verdwenen na korte tijd weer in zee. | ||
(wijl) | ; | |
🔗 Wij nemen u mee op een reis door de tijd. | ||
(tijdsduur) | ; | |
🔗 De tijd van deze hier was net begonnen. | ||
🔗 In Portugal wordt de Westeuropese tijd aangehouden. | ||
🔗 Er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan. | ||
🔗 Daar had hij geen tijd voor. | ||
🔗 Zedenmeesters zijn van alle tijden. |
Dutch | English |
---|---|
tijdschrijver | ⇆ timekeeper |
schrijver | ⇆ amanuensis; ⇆ author; ⇆ clerk; ⇆ penman; ⇆ writer; ⇆ scribe; ⇆ scrivener; ⇆ copyist |
tijd | ⇆ age; ⇆ day; ⇆ days; ⇆ period; ⇆ time; ⇆ space; ⇆ tense; ⇆ tide; ⇆ while; ⇆ season; ⇆ stretch |