Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word stekel

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(angel; pen; prikkel);
🔗 Alleen de scherpe stekel op zijn rugvin steekt dan boven het zand uit.
(klapbes; kruisbes)
stekelig
prickly
pikilhava
Mexican poppy
meksikia argemono
stiff‐tailed duck
stekelvarken

DutchEnglish
stekel barb; prick; prickle; quill; spike; spine; sting; thorn
stekelachtig prickly; spinous; spiny; thorny; poignant
stekelbes gooseberry
stekelig barbed; piked; spiky; spiny; thorny; spinous; snide; prickly; poignant; stinging; sarcastic
stekelnootje bidibid
stekelpapaver Mexican poppy
stekelrog thornback
stekelrug prickle‐back
stekelstaart stiff‐tailed duck
stekeltje minnow; stickleback; banstickle
stekelvarken porcupine