Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word staven
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (bekrachtigen; bevestigen) | ; bear out | |
🔗 Hebt u bewijzen om uw beweringen te staven? | ||
| (bewijzen) | ||
| (baar; boom; pijp; roe; roede; spijl; stang) | ; | |
🔗 Maar we hebben die staven dynamiet. | ||
🔗 Wanneer Washington en zijn staf gemeend mochten hebben dat ze al door genoeg moeilijkheden geplaagd waren geweest, dan moesten zij wel tot de ontdekking komen dat zij zich vergist hadden toen de schutters uit Pennsylvania, Virginia en Maryland het kamp kwamen binnenstromen. | ||
🔗 Ik had een staf nodig. | ||
staving | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| staven | ⇆ authenticate; ⇆ bear out; ⇆ establish; ⇆ substantiate; ⇆ support |
| staaf | ⇆ bar; ⇆ bullion; ⇆ ingot; ⇆ rail; ⇆ rod; ⇆ stick |
| staf | ⇆ baton; ⇆ headquarters; ⇆ mace; ⇆ rod; ⇆ staff; ⇆ stick; ⇆ sceptre |
| staving | ⇆ establishment; ⇆ substantiation |