Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word schuldbelijdenis

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(confessie; gezindte)
confession
; ;
; ;
guilt
🔗 Dat is mijn schuld.
🔗 Het aantal huishoudens met schulden is vorig jaar fors gestegen.
🔗 Stephens was niet geïnteresseerd in schulden.

DutchEnglish
schuldbelijdenis confession of guilt
belijdenis avowal; confession; confirmation; profession; creed; denomination
schuld blame; buck; charge; debt; dues; fault; guilt; indebtedness; trespass