Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word piepen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(knarsen);
squeak
🔗 Zo sprekende opende hij het piepende deurtje, en heer Bommel stapte achter hem naar binnen.
squeal
(sjilpen; tjilpen); ;
squeak
;
pepi
(geknars)
grating
🔗 Toen, onder luid gepiep en gekraak, kwam de toren dichterbij.
(gesjilp; getjilp)
🔗 Er was op dat moment niemand in de leeszaal die zijn gepiep zou horen wanneer hij alarm sloeg.

DutchEnglish
piepen beep; bleep; cheep; chirp; creak; peep; pip; pipe; squeak
gepiep beep; cheep; creaking; peep; squeak; squeal; chirping; squeaking
oppiepen bleep
piep bleep; blip; squeak; peep; chirp
piepkuiken spring‐chicken
piepschuim polystyrene; polystyrene foam