Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word overneming

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
reprint
extraction
🔗 En hij nam haar over, onder daverend gejuich.
(aankopen; aanschaffen; afnemen; inkopen; kopen; betrekken; zich aanschaffen);
take over
🔗 We moeten zijn grond nog van hem overnemen.

DutchEnglish
overneming adoption
overnemen adopt; copy; take; take over; take up; take‐over; take from; borrow; buy