Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word op maat brengen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(kameraad; kornuit; makker; gabber) | ; companion ; | |
🔗 En u wilt niet zeggen wie uw maat is? | ||
(gezel; kameraad; kornuit; makker; metgezel; partner) | companion ; ; | |
🔗 Gerrit had wel gemerkt dat zijn oom even aarzelde voordat hij zij dat zijn maats wel te vertrouwen waren, maar hij zei niets. | ||
(grootte; mate) | measure ; measurement ; |
Dutch | English |
---|---|
op maat brengen | ⇆ adjust; ⇆ size |
maat | ⇆ admeasurement; ⇆ beat; ⇆ buddy; ⇆ fellow; ⇆ fitting; ⇆ gauge; ⇆ mate; ⇆ maty; ⇆ measure; ⇆ measurement; ⇆ moderation; ⇆ number; ⇆ partner; ⇆ tempo; ⇆ workmate; ⇆ scantling; ⇆ size; ⇆ time; ⇆ bar; ⇆ metre; ⇆ comrade; ⇆ companion; ⇆ yoke‐fellow |