Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word meetapparatuur

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(hardware)
🔗 Ze hebben meer van die apparatuur dan wij.
measure
(afmeten; opmeten; opnemen; roeien; uitmeten)
🔗 Ik moet wel wat meten en enkele berekeningen maken.

DutchEnglish
meetapparatuur measuring apparatus
apparatuur equipment; gadgetry; hardware; machinery
meten gauge; girt; girth; measure; measuring; mete; meter; stand