Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word leesgezelschap

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Na het eten sprak Varmous zijn gezelschap toe.
(kring)
(genootschap; kring; sociëteit; vereniging)
society
;
🔗 Je moet het hierboven maar eens proberen met Shelob als gezelschap.
(aflezen)
🔗 Lees je nooit kranten?
(lezing)
🔗 Het lezen heeft u ontmoedigd?

DutchEnglish
leesgezelschap reading‐club
gezelschap bevy; circle; companionship; company; crowd; gathering; outfit; party; society; troupe
lezen cull; lease; peruse; read; reading; glean; gather