Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kruik

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(amfora)
(pul; kan);
pitcher
🔗 Maar geef ons eerst vier kruiken rum.
(amfoor; amfora; kruik)

DutchEnglish
kruik amphora; carboy; hot‐water bottle; jar; jug; pitcher; stone bottle
het is in kannen en kruiken the matter is settled; everything is settled; the matter is fixed; the matter is fixed up; everything is fixed; everything is fixed up
in kannen en kruiken settled; signed, sealed and delivered
in kannen en kruiken zijn be signed, sealed and delivered
heetwaterkruik hot‐water bottle
oliekruik oil‐jar
waterkruik pitcher