Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word hockeyvrouw

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
hockey
🔗 De jeugdwedstrijden voor voetbal en hockey zijn afgelast maar ook andere wedstrijden gaan vanwege de kou niet door.
(echtgenote; gemalin);
spouse
🔗 Dit is mijn vrouw.
vrouw
(wijfje; vrouwtje)
(vrouwmens; vrouwspersoon; wijf);
female
🔗 Het was een vrouw die me dit gaf.
(dame; koningin)
(mevrouw; dame)

DutchEnglish
hockey field hockey; hockey
vrouw female; missus; lady; quean; queen; wife; woman; spouse; Mrs.

The word hockeyvrouw could not be translated into the selected target language by us.