Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word halfmaandelijks

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(half en half)
🔗 Ik was al half van mijn stoel opgestaan.
🔗 Ditkeer bleef hij bijna een half uur weg.
🔗 De rente over uw hypotheek betaalt u meestal maandelijks.
🔗 Hoe moet ik de maandelijkse hypotheeklasten berekenen?

DutchEnglish
halfmaandelijks every fortnight; fortnightly
half half; mid‐
maandelijks menstrual; monthly; every month