Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word geloof hechten aan
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
geloof hechten aan (geloven; geloof schenken aan) | ; give credit to ; give credence to | |
; | ||
🔗 In die jaren was er al niet zoveel meer van mijn geloof over. | ||
(godsdienst; religie) | ||
🔗 Twee geloven op een kussen, daar slaapt de duvel tussen. | ||
glue ; ; paste | ||
(dichtnaaien) | suture | suturi |
🔗 De wond werd verscheidene keren gehecht, maar wilde niet genezen. |
Dutch | English |
---|---|
geloof hechten aan | ⇆ believe; ⇆ give credence to; ⇆ give credit to |
geloof | ⇆ belief; ⇆ trust; ⇆ credence; ⇆ credit; ⇆ creed; ⇆ faith; ⇆ persuasion; ⇆ religion |
hechten | ⇆ affix; ⇆ append; ⇆ attach; ⇆ clip; ⇆ stitch; ⇆ suture; ⇆ stitch up; ⇆ fasten |