Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dierenwereld

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(fauna)
(beest);
🔗 Wie was de eigenaar van dat dier?
🔗 We gaan de wijde wereld in, jij en ik.
🔗 Als jij stamt uit een andere wereld dan Tschai, kun je geen mens zijn, en dan moet ik je laten doden.
🔗 Volgens de Bijbel heeft God de wereld in zes dagen geschapen, en daarna rustte hij uit.
🔗 De wereld is hard, jonge vriend.
🔗 Ik weet niet waar het heen moet met de wereld.
🔗 O, die Jochem kent z’n wereld zo goed.

DutchEnglish
dierenwereld animality; animal world; fauna
dier animal; beast; brute; creature
wereld cosmos; earth; world; universe