Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bezwijken

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(afstaan; meegeven)
give way
;
🔗 Keer op keer dreigde de levende dijk te bezwijken.
bezwijken aan
morti de

DutchEnglish
bezwijkenbreak down; collapse; crack up; give; give way; go; go under; sink; succumb; yield
bezwijken aansuccumb to
bezwijken ondergive way under; sink beneath
bezwijken voorsuccumb to