Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word arbeidsbeurs

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(arbeidsbureau)
employment exchange
;
labour exchange
🔗 Stephens, wil jij alsjeblieft de arbeidsbeurs van Ilvers even bellen om te vragen of ze al iemand voor me hebben?
(werk);
🔗 Waarschijnlijk is het een eenvoudige landman, die na zware arbeid huiswaarts keert.
; ;
’change
;
stock exchange
🔗 Fogg begaf zich regelrecht naar de beurs.
(portemonnee)
🔗 Ik neem een beurs mee met drie goudstukken.
(stipendium; studiebeurs)
bursary
;
scholarship
;
overripe
putreta
bruised
kontuziĝinta
🔗 Ben je erg beurs?

DutchEnglish
arbeidsbeurs employment exchange; labour exchange
arbeid labour; work
beurs bruised; cod; exchange; exhibition; fellowship; grant; overripe; pouch; purse; stock exchange; sleepy; ’change; scholarship; bursary; bourse