Information du mot indopen (néerlandais → espéranto: trempi)

Synonymes: doordrenken, indompelen, soppen

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈɪndopə(n)/
Césurein·do·pen

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) doop in(ik) doopte in
(jij) doopt in(jij) doopte in
(hij) doopt in(hij) doopte in
(wij) dopen in(wij) doopten in
(jullie) dopen in(jullie) doopten in
(gij) doopt in(gij) dooptet in
(zij) dopen in(zij) doopten in
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) indope(dat ik) indoopte
(dat jij) indope(dat jij) indoopte
(dat hij) indope(dat hij) indoopte
(dat wij) indopen(dat wij) indoopten
(dat jullie) indopen(dat jullie) indoopten
(dat gij) indopet(dat gij) indooptet
(dat zij) indopen(dat zij) indoopten
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
doop indoopt in
Participes
Participe présentParticipe passé
indopend, indopende(hebben) ingedoopt

Traductions

allemandtauchen; eintauchen; tunken; eintunken
anglaisdip; immerse; dunk
catalanimmergir; sucar
espagnolbotar; empapar; mojar; sumergir
espérantotrempi
féringiendrepa; dyppa
françaistremper
frison saterlandduukje; stipje; unnerduukje
portugaisimergir
roumainînmuia