Information du mot palmboom (néerlandais → espéranto: palmo)

Synonyme: palm

Parti du discourssubstantif
Prononciation/ˈpɑlᵊmbom/
Césurepalm·boom
Genremasculin
Plurielpalmbomen

Diminutif
SingulierPluriel
palmboompjepalmboompjes

Exemples d’usage

De een zat en de ander lag in de schaduw van een palmboom.
Aan de overkant van de weg, vlak tegenover de herberg, stond een rij vervallen hutten, overschaduwd door een paar palmbomen en slechts bewoond door vleermuizen en jakhalzen.
Ik zie palmbomen!

Traductions

albanaispalmë
allemandPalme
anglaispalm; palm‐tree
catalanpalmera; palma
danoispalme
espagnolpalmera
espérantopalmo
féringienpálmi
finnoispalmu
françaispalmier
frison occidentalpalm
frison saterlandPalme
galloispalmwydden
grecφοίνικας
hongroispálma
islandaispálma; pálmi
italienpalma
norvégienpalme
papiamentopalma
polonaispalma
portugaispalma; palmeira
russeпальма
suédoispalm
tchèquepalma