Information du mot geit (néerlandais → espéranto: kaprino)

Parti du discourssubstantif
Prononciation/ɣɛi̯t/
Césuregeit
Genreféminin
Plurielgeiten

Diminutif
SingulierPluriel
geitjegeitjes

Exemples d’usage

Er moest water uit de rivier worden gehaald en brood worden gebakken, geiten moesten worden gemolken en akkers geschoffeld en ook andere dagelijkse werkzaamheden moesten worden verricht.

Traductions

allemandZiege; Zicke
anglaisshe‐goat
catalancabra
créole jamaïcainguot
espagnolcabra
espérantokaprino
françaischèvre
frison saterlandSääge
galloisgafr
grecγίδα; κατσίκα
italiencapra; capretta
latincapra
papiamentokabrito; kabritu
sranankrabita
suédoisget