Information du mot ontwaren (néerlandais → espéranto: ekvidi)

Synonymes: bekennen, bespeuren, in de smiezen krijgen, in het oog krijgen, in zicht krijgen, een glimp opvangen van, beginnen te zien

Parti du discoursverbe
Prononciation/ɔntˈʋaːrə(n)/
Césureont·wa·ren

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) ontwaar(ik) ontwaarde
(jij) ontwaart(jij) ontwaarde
(hij) ontwaart(hij) ontwaarde
(wij) ontwaren(wij) ontwaarden
(jullie) ontwaren(jullie) ontwaarden
(gij) ontwaart(gij) ontwaardet
(zij) ontwaren(zij) ontwaarden
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) ontware(dat ik) ontwaarde
(dat jij) ontware(dat jij) ontwaarde
(dat hij) ontware(dat hij) ontwaarde
(dat wij) ontwaren(dat wij) ontwaarden
(dat jullie) ontwaren(dat jullie) ontwaarden
(dat gij) ontwaret(dat gij) ontwaardet
(dat zij) ontwaren(dat zij) ontwaarden
Participes
Participe présentParticipe passé
ontwarend, ontwarende(hebben) ontwaard

Exemples d’usage

Een dag of wat later, toen hij wat door de tuin wandelde, ontwaarde hij daar in een grote berk een vogelnest.
Het volkje dat deze onderkomens had opgetrokken, viel niet gemakkelijk te ontwaren in de schaduwen onder het lover.
In de ochtend ontwaarden zij voor het eerst sinds zij het Boogbos hadden verlaten een duidelijk pad.

Traductions

allemanderblicken; gewahr werden
anglaisdescry; perceive; espy
espagnoldistinguir; vislumbrar
espérantoekvidi
féringienfáa eyga á
françaisapercevoir
frison saterlandäntdäkke; gewoar wäide; sjo
hongroismeglát; megpillant
italienintravedere; scorgere
polonaisujrzeć; zobaczyć
portugaisavistar; divisar