Information du mot soezen (néerlandais → espéranto: dormeti)

Synonymes: doezelen, dommelen, druilen, dutten, sluimeren, suffen

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈsuzə(n)/
Césuresoe·zen

Exemples d’usage

Hij ging languit liggen en soesde wat in de zon.
Cugel wierp een blik op de soezende heren.
Shimrod zat in zijn tuin te soezen in de schaduw van een laurierboompje.

Traductions

allemandschlummern; halb wachen; halb schlafen
anglaisdoze; drowse
espagnolechar la siesta
espérantodormeti; duondormi
féringiendurva
françaistomber de sommeil
frison occidentaldodzje; suffe
frison saterlanddöösje; duusje; slummerje
galloiscyntun
portugaiscochilar; dormitar