Information du mot verhitten (néerlandais → espéranto: eksciti)

Synonymes: aanwakkeren, opwinden, werken op

Parti du discoursverbe
Prononciation/vərˈɦɪtə(n)/
Césurever·hit·ten

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) verhit(ik) verhitte
(jij) verhit(jij) verhitte
(hij) verhit(hij) verhitte
(wij) verhitten(wij) verhitten
(jullie) verhitten(jullie) verhitten
(gij) verhit(gij) verhittet
(zij) verhitten(zij) verhitten
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) verhitte(dat ik) verhitte
(dat jij) verhitte(dat jij) verhitte
(dat hij) verhitte(dat hij) verhitte
(dat wij) verhitten(dat wij) verhitten
(dat jullie) verhitten(dat jullie) verhitten
(dat gij) verhittet(dat gij) verhittet
(dat zij) verhitten(dat zij) verhitten
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
verhitverhit
Participes
Participe présentParticipe passé
verhittend, verhittende(hebben) verhit

Traductions

allemandanfeuern; aufregen; anregen; ermutigen; erregen; reizen; schüren; anfachen; aufreizen
anglaisexcite; agitate; rouse; stir up; tintillate; work up; stir; arouse
catalanexcitar
danoisoprøre; tirre
espagnolexcitar
espérantoeksciti
féringienøsa
finnoisärsyttää
françaisexciter; hérisser
frison occidentaloanwakkerje
frison saterlandanfjuurje; ferballerje; Moud ounbaale; ounreegje
portugaisacirrar; aguçar; atiçar; estimular; excitar; inflamar
roumainexcita
russeвозбуждать
tchèquedráždit; podráždit; vzrušit