Information du mot pimpelen (néerlandais → espéranto: drinki)

Synonyme: drinken

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈpɪmpələ(n)/
Césurepim·pe·len

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) pimpel(ik) pimpelde
(jij) pimpelt(jij) pimpelde
(hij) pimpelt(hij) pimpelde
(wij) pimpelen(wij) pimpelden
(jullie) pimpelen(jullie) pimpelden
(gij) pimpelt(gij) pimpeldet
(zij) pimpelen(zij) pimpelden
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) pimpele(dat ik) pimpelde
(dat jij) pimpele(dat jij) pimpelde
(dat hij) pimpele(dat hij) pimpelde
(dat wij) pimpelen(dat wij) pimpelden
(dat jullie) pimpelen(dat jullie) pimpelden
(dat gij) pimpelet(dat gij) pimpeldet
(dat zij) pimpelen(dat zij) pimpelden
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
pimpelpimpelt
Participes
Participe présentParticipe passé
pimpelend, pimpelende(hebben) gepimpeld

Traductions

afrikaansdrink
allemandzechen; trinken
anglaisdrink; drink to excess; booze; imbibe
bas allemanddrinken
catalanbeure
espagnolbeber demasiado alcohol
espérantodrinki
féringiendrekka
françaiss’enivrer
frison occidentaldrinke
frison saterlandsuupe; swierje
hongroisiszik
polonaispić alkohol
portugaisbeber; beber em excesso d'alcoólico
roumainbea
suédoisrumla; supa