Información sobre la palabra kritiseren (neerlandés → Esperanto: kritiki)

Sinónimos: bekritiseren, kritiek uiten op, kritiek uiten, kritiek uitoefenen op, kritiek uitoefenen

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/kritiˈzerə(n)/
Separaciónkri·ti·se·ren

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) kritiseer(ik) kritiseerde
(jij) kritiseert(jij) kritiseerde
(hij) kritiseert(hij) kritiseerde
(wij) kritiseren(wij) kritiseerden
(jullie) kritiseren(jullie) kritiseerden
(gij) kritiseert(gij) kritiseerdet
(zij) kritiseren(zij) kritiseerden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) kritisere(dat ik) kritiseerde
(dat jij) kritisere(dat jij) kritiseerde
(dat hij) kritisere(dat hij) kritiseerde
(dat wij) kritiseren(dat wij) kritiseerden
(dat jullie) kritiseren(dat jullie) kritiseerden
(dat gij) kritiseret(dat gij) kritiseerdet
(dat zij) kritiseren(dat zij) kritiseerden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
kritiseerkritiseert
Participios
Participio presenteParticipio pasado
kritiserend, kritiserende(hebben) gekritiseerd

Muestras de uso

Ze keek met deskundige blik om zich heen en kritiseerde in zichzelf de dode.

Traducciones

alemánbegutachten; kritisieren
cataláncriticar
checokritizovat
danéskritisere
españolcriticar
esperantokritiki
francéscritiquer; reprendre
frisón de Saterlandkritisierje
ingléscriticize; censure
italianocriticare
luxemburguéskritiséieren
papiamentokritiká
portuguésapreciar; criticar