Información sobre la palabra wiens (neerlandés → Esperanto: kies)

Sinónimos: welks, waarvan de, welk

Categoría gramaticalcategoría gramatical desconocida
Pronunciación/ʋins/
Separaciónwiens

Muestras de uso

Billy, wiens vader de zaak drijft, is een grote jongen van misschien vijftien of zestien jaar en hij is een goede vriend van ons.
Hij keek naar de Ċhinees, een ernstige, bejaarde man, op wiens gezicht niets te lezen stond van wat hij dacht.
„Dat is je geraden!” hernam heer Ollie, wiens woede zakte toen hij tegenover zoveel berouw stond.
Gaarne wil ik mijn dank uitspreken jegens al die personen wier deskundigheid een sleutelrol speelde bij de samenstelling van de lijst van wetenschappers die in dit boek voor het voetlicht treden.
Niet eerder werd er zo massaal gedemonstreerd tegen Fernandez, die vorig jaar werd herkozen, maar wier populariteit sindsdien is gekelderd.
Hij was getrouwd en onnoemelijk trots op zijn jonge vrouw, wier foto hij altijd bij zich droeg.

Traducciones

afrikáanswie se; wat se
checočí
escocéswhase
españolcuyo
esperantokies
ingléswhose