Informatie over het woord Nederlander (Nederlands → Esperanto: nederlandano)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈnedərlɑndər/
AfbrekingNe·der·lan·der
Geslachtmanlijk
MeervoudNederlanders

Voorbeelden van gebruik

Is dat niet een heel bekende Nederlander?
Negen mensen, onder wie de daders en twee Nederlanders, kwamen daardoor om het leven.
Elk jaar worden Nederlanders ongeveer anderhalf miljoen keer getroffen door een tekebeet.
Tot nu zijn er twee Belgen en vijf Nederlanders aangehouden, maar de politie sluit meer aanhoudingen niet uit.
Iedere Nederlander heeft een mening over Amerikanen.
Met mooi of niet mooi heb ik, als Nederlander, niets te maken.
Er zijn aanwijzingen dat steeds meer Nederlanders met gemengde gevoelens tegen het hele gedoe aankijken.

Vertalingen

AfrikaansNederlander
Albaneesholandez
Deenshollænder
DuitsNiederländer
EngelsDutchman
Esperantonederlandano
FransNéerlandais
GrieksΟλλανδέζος
Hongaarsholland
IJslandsHollendingur
ItaliaansOlandese
LuxemburgsHollänner
Nederduitsneaderlander
Noorsnederlender
Papiamentshulandes; makamba
PoolsHolender
Portugeesholandês
SaterfriesNiederlounder
Spaansholandés; neerlandés
Srananbakra
Thaisคนเนเธอร์แลนด์; ชาวเนเธอร์แลนด์
TurksHollandalı
Westerlauwers FriesNederlanner
Zweedsnederländare