Informatie over het woord kandelaar (Nederlands → Esperanto: kandelingo)

Synoniem: blaker

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkɑndəlaːr/
Afbrekingkan·de·laar
Geslachtmanlijk
Meervoudkandelaars, kandelaren

Voorbeelden van gebruik

Hij betrad de gang, keek met afkeer naar de schaduwen en ging met een huivering terug om een kandelaar te halen.

Vertalingen

DuitsKerzenhalter; Leuchter
Engelscandlestick
Esperantokandelingo
Faeröersljósastaki
Poolslichtarz
Portugeescastiçal
Spaanscandelero; palmatoria
Welscannwyllbren