Synoniemen: heterogeen, ongelijksoortig
Woordsoort | bijvoeglijk naamwoord |
---|---|
Uitspraak | /ɔŋɣəlɛi̯kˈslɑxtəx/ |
Afbreking | on·ge·lijk·slach·tig |
Predicatief | ||||
---|---|---|---|---|
Attributief | Onbepaald | Manlijk en vrouwelijk enkelvoud | ongelijkslachtige | |
Onzijdig enkelvoud | ongelijkslachtig | |||
Meervoud | ongelijkslachtige | |||
Bepaald | ongelijkslachtige | |||
Partitief | ongelijkslachtigs |
Duits | heterogen; ungleichartig; ungleich; verschiedenartig; fremdartig; grundverschieden |
---|---|
Engels | heterogeneous |
Esperanto | heterogena |
Spaans | heterogéneo |