Informatie over het woord beenkap (Nederlands → Esperanto: tibiingo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈbeŋkɑp/
Afbrekingbeen·kap
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudbeenkappen

Vertalingen

Engelsgaiter; legging
Esperantotibiingo
Spaanspolaina