Informatie over het woord schragen (Nederlands → Esperanto: subteni)

Synoniemen: dragen, ónderhouden, ondersteunen, ruggesteunen, schoren, steunen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈsxraɣə(n)/
Afbrekingschra·gen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) schraag(ik) schraagde
(jij) schraagt(jij) schraagde
(hij) schraagt(hij) schraagde
(wij) schragen(wij) schraagden
(jullie) schragen(jullie) schraagden
(gij) schraagt(gij) schraagdet
(zij) schragen(zij) schraagden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) schrage(dat ik) schraagde
(dat jij) schrage(dat jij) schraagde
(dat hij) schrage(dat hij) schraagde
(dat wij) schragen(dat wij) schraagden
(dat jullie) schragen(dat jullie) schraagden
(dat gij) schraget(dat gij) schraagdet
(dat zij) schragen(dat zij) schraagden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
schraagschraagt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
schragend, schragende(hebben) geschraagd

Voorbeelden van gebruik

Mijn kwaadsprekerij werd altijd gretig aangehoord, maar nimmer door feiten geschraagd en ik kon er dus geen blijvende invloed van verwachten.
Vele beloften werden gegeven en niets werd ongedaan gelaten om de wankelmoedigen te schragen en de moedelozen te bezielen.

Vertalingen

Afrikaansondersteun; skraag
Catalaansdonar suport; sostenir
Duitsstemmen; unterhalten; unterstützen
Engelssupport; sustain; prop up
Esperantosubteni
Fransappuyer; maintenir
Hongaarstámogat
Italiaansappoggiare; poggiare; sostenere
Portugeesamparar; escorar; suportar; sustenar
Saterfriesstämme; unnerhoolde; unnerstöäne; unnerstutje
Spaanssostener
Thaisรอง
Westerlauwers Friesdrage