Informatie over het woord versimpelen (Nederlands → Esperanto: plisimpligi)

Synoniem: vereenvoudigen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈsɪmpələ(n)/
Afbrekingver·sim·pe·len

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) versimpel(ik) versimpelde
(jij) versimpelt(jij) versimpelde
(hij) versimpelt(hij) versimpelde
(wij) versimpelen(wij) versimpelden
(jullie) versimpelen(jullie) versimpelden
(gij) versimpelt(gij) versimpeldet
(zij) versimpelen(zij) versimpelden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) versimpele(dat ik) versimpelde
(dat jij) versimpele(dat jij) versimpelde
(dat hij) versimpele(dat hij) versimpelde
(dat wij) versimpelen(dat wij) versimpelden
(dat jullie) versimpelen(dat jullie) versimpelden
(dat gij) versimpelet(dat gij) versimpeldet
(dat zij) versimpelen(dat zij) versimpelden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
versimpelversimpelt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
versimpelend, versimpelende(hebben) versimpeld

Voorbeelden van gebruik

Wanneer de regeling niet versimpeld wordt voorziet de Belastingdienst nog meer problemen.
Er zou snel een nieuw systeem moeten komen dat het declareren versimpelt, aldus de woordvoerder.
Het belastingstelsel moet volgens voorzitter Bartjan Zoetmulder van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) versimpeld worden.

Vertalingen

Engelssimplify
Esperantoplisimpligi; simpligi
Schotssimplifee
Westerlauwers Friesferienfâldigje